LES AVENTURES DE TOM SAWYER

De lotgevallen van Tom Sawyer

   CAPÍTOL XVI

   HOOFDSTUK XVI.

   Havent dinat, tota la colla eixí a cercar ous de tortuga a l'alfac. Van anar aplegant, per l'arena, bastonets gratadors; i quan trobaven una banda blava, s'agenollaven i cavaven amb les mans. De vegades atrapaven cinquanta o seixanta ous en un forat. Eren absolutament rodons, cosetes blanques, una mica més petites que una nou anglesa. Aquella nit tingueren un famós banquet d'ous ferrats, i un altre el divendres al matí.

   Na het eten vertrokken de drie knapen naar de zandbank om schildpadeieren te zoeken. Zij stootten met stokken in het zand, en wanneer zij eene weeke plek vonden, legden zij zich op de knieën en groeven haar met de handen uit. Somtijds haalden zij vijftig of zestig eieren uit één gat. Het waren witte, bolronde eitjes, iets kleiner dan een walnoot. Dien avond hadden zij een heerlijk maal van spiegeleieren, dat Vrijdagochtend nog eens herhaald werd.

   Després del desdejuni se n'anaren cap a l'alfac, tot fent esgarips i gambades, i s'empaitaven l'un a l'altre, giravoltant i més giravoltant, fent escampall de llurs vestits a mesura que avançaven, fins que restaven nus; i aleshores continuaven llur caprici, ben enfora de l'aigua soma de l'alfac, contra el rígid corrent, que més endavant féu travetes a llurs cames, de tant en tant, i augmentà la taral·la en gran manera. I adesiara es decantaven en grup, i amb la palma de la mà esquitxava cadascú la cara de l'altre, atansant-se a pleret l'un a l'altre amb les cares allunyades, per evitar els esquitxos que s'espargien i, finalment, aferrant-se i lluitant fins que el més brau campió capbussava al seu veí; i en acabat tots tres s'enfonsaren en un entortolligament de cames i braços, i tornaren a eixir bufant, escopint, rient i panteixant, tot plegat a l'ensems.

   Na dat ontbijt van gebakken eieren, begaven zij zich schreeuwend en jubelend naar de zandbank, speelden "krijgertje," ontdeden zich onderweg van hunne kleederen en liepen in Adams kostuum voort, totdat zij midden in het ondiepe water stonden. Daarna spongen zij tegen den steilen oever op, van welken zij gedurig tot groote vermeerdering der pret afsukkelden. Nu en dan hielden zij bij elkaar stand en gooiden elkaar met water, terwijl zij, on het kille nat te vermijden, elkander gedurig met afgewend gelaat naderden en eindigden met te grijpen en te worstelen, totdat de sterkste zijn buurman onder water geduwd had en zij ten laatste allen in een warnet van witte armen en beenen verdwenen, om spoedig daarop, blazend, spuwend, lachend en naar den adem hijgend, weder boven te komen.

   Quan estigueren ben afadigats, corregueren aigua enfora i s'arrossegaren per la sorra seca i calenta, i allí jagueren i se'n cobriren, i de tant en tant ho interromperen per tornar a l'aigua i repetir la primera performança. Finalment se'ls acudí que llur nua pell representava d'allò més bé els colants de color de carn: així és que dibuixaren un cercle a la sorra, i feren un circ: un circ amb tres pallassos, perquè ningú no consentí a abandonar aquest paper altívol a son veí.

   Als de krachten hun begaven, spartelden zij naar het droge, heete zand en legden zich daarop neder, om er zich mede te bedekken. En dan sprongen zij langzamerhand weder naar het water en vertoonden dat spelletje voor de tweede maal. Eindelijk viel het hun in, dat hunne huid sprekend op een vleeschkleurig tricot geleek; dientengevolge werd er in het zand een cirkel getrokken en een paardenspel vertoond, met drie clowns, want geen hunner wilde die schitterende rol aan den anderen afstaan.

   Després agafaren les bales, i jugaren a l'ouet, a anys i a pam i pet, fins que aquest divertiment esdevingué pansit. Aleshores Joe i Huck van tornar a nedar, però Tom no volgué arriscar-s'hi, perquè descobrí que en dar una guitza a sos pantalons havia engegat l'enfilall de cascavells de serpent que duia a l'anca, i s'estranyava d'haver-se pogut escapar de rampes, per tant de temps, sense la protecció de aquest encís misteriós. No s'hi arriscà de bell nou fins que l'hagué trobat, i ja aleshores els altres minyons eren afadigats i amb cor de reposar. S'allunyaren a pleret, errívols, l'un de l'altre, es deixaren caure en una certa amargor, i es posaren a mirar anhelosament, a través de l'ample riu, cap al poblet, tot ensopit sota la solellada. Tom es donà compte que estava escrivint Becky, en l'arena, amb el dit gros del peu. Ho esborrà, i s'enfurismà amb sí mateix per la seva feblesa. Però ho tornà a escriure, tanmateix: no va poder-se'n estar. Ho esborrà una vegada més, i en acabat s'arrencà a la temptació fent venir els altres minyons i aplegant-s'hi.

   Vervolgens werden de knikkers gehaald en werd er gestuit en gerold, totdat ook dat spel verveelde. Daarna gingen Joe en Huck weder zwemmen, maar Tom durfde zich daaraan niet meer wagen, omdat hij bij het uittrekken van zijn broek, het palingvel van zijne enkels gestroopt had en hij zich niet kon begrijpen, dat hij zonder dit geheimzinnig voorbehoedmiddel zoo lang aan de kramp ontkomen was. Hij waagde zich niet weder, eer hij dien talisman teruggevonden had, en toen waren de andere jongens moede en verlangden naar rust. Van lieverlede begonnen zij met loomen tred rond te dolen, werden zwaarmoedig en staarden verlangend over de breede rivier, naar de plek, waar St. Petersburg zich in de zon lag te koesteren. Tom bemerkte, dat hij met zijn grooten teen het woord "Becky" in het zand had geschreven. Hij wischte het uit en was boos op zichzelven om zijne zwakheid. Doch hij schreef het niettemin nog eens, wischte het nogmaals uit en ontworstelde zich toen aan de verzoeking, door de andere jongens op te halen en zich bij hen te voegen.

   Però el coratge de Joe havia minvat fins a fer gairebé impossible la seva resurrecció. Estava tan enyorívol de casa seva, que amb prou feines podia suportar-ne el marriment. Tenia les llàgrimes a flor de parpella. També Huck estava melangiós. Tom es sentia abatut, però lluitava de valent per no mostrar-ho. Tenia un secret que encara no estava disposat a dir; però, si aquesta sediciosa depressió no es trencava aviat, no tindria més remei que descobrir-lo. Amb una gran ostentació d'alegria, digué:

   Maar de opgewektheid van Joe was voorbij en scheen niet terug te keeren. Hij had zulk een heimwee, dat hij het nauwelijks meer uithouden kon. De tranen stonden hem in de oogen. Ook Huck was zwaarmoedig evenals Tom, doch de laatste durfde het niet toonen. Hij droeg een geheim met zich om, dat hij niet gaarne wilde openbaren, doch waarmede hij, indien deze sombere, oproerige geest niet werd gefnuikt, wel voor den dag zoude moeten komen. Daarom zeide hij, schijnbaar zeer opgewekt:

   -Faria una juguesca que a aquesta illa hi havia hagut pirates al temps de la vellura, minyons. Tornarem a explorar-la. Deuen haver amagat tresors per alguna banda. Què us en semblaria, de descolgar una caixa podrida, tota plena d'or i d'argent? Eh?

   "Ik wed, dat vroeger op dit eiland ook zeeroovers zijn geweest. Zullen wij eens op verkenning uitgaan? Zij hebben zeker hier of daar een schat begraven! Wat zou jelui hiervan zeggen, als je daar eens een verrotte kist vol goud en zilver voor je zaagt liggen,--hé?"

   Però no desvetllà sinó un pàl·lid entusiasme, que s'esvaí sense resposta. Tom intentà una o dues seduccions més, però també falliren. Era una feina descoratjadora. Joe estava assegut, tot remenant la arena amb un bastonet, i amb un posat molt ombrívol. A la fi digué:

   Dit vooruitzicht echter wekte geen de minste opgewondenheid en er werd niet eens op geantwoord. Een paar andere verleidelijke voorstellen vielen eveneens in het water. Dat was ontmoedigend. Joe keek mistroostig voor zich en krabbelde met zijn stok in het zand. Eindelijk riep hij uit:

   -O minyons! Deixem-ho córrer. Vull anar a casa. És tan solitari, això!...

   "O, jongens, laat ons het opgeven. Ik moet naar huis; ik voel mij zoo verlaten."

   -Oh! No, Joe: ja us sentireu millor, d'aquí una estona- digué Tom. -Penseu en les pescades que fem aquí.

   "Kom, Joe dat zal langzamerhand wel beter worden," zeide Tom. "Denk maar eens aan al de gelegenheden, die je hier hebt om te visschen."

   -Tan se me'n dona, de les pescades. Vull anar a casa.

   "Ik geef niet om visschen; ik verlang naar huis!"

   -Però, Joe, en cap altra banda no hi ha un lloc tan de primera per a banyar-se.

   "Maar, Joe, nergens is zoo'n zwemplaats als hier."

   -El nedar no té solta: tanmateix, no trobo que m'interessi quan no hi ha ningú per a dir-me que no nedi. He fet el determini d'anar a casa.

   "Wat kan mij het zwemmen schelen: 't is alsof het mij verveelt, nu niemand het mij verbiedt. Ik wil naar huis!"

   -Sóu un noi de bandola, malvinatge! Us cal veure la mare, em penso.

   "O, hoe kinderachtig! Hij verlangt naar zijn moesje!"

   -Sí, em cal veure la meva mare; i a vós també us caldria, si en tinguéssiu. I sóc tan noi de bandola com vós.- I Joe va fer un bri de somiqueig.

   "Ja, ik verlang naar moeder en dat zou jij ook doen, als je er een hadt. Ik ben niet kinderachtiger dan jij." En Joe begon te schreien.

   -Bé, deixarem anar el nen ploraire a casa seva, a veure la mare: oi, Huck? Pobra criatura! Li cal veure sa mare. Doncs que la vegi. A vós us plau d'ésser aquí: veritat, Huck? Nosaltres ens hi estarem, veritat?

   "Wel, dan zullen wij het schreeuwpoppetje maar naar huis laten gaan, niet waar Huck? Arme jongen! Hij verlangt naar moesje! Nu, hij zal ook naar haar toe gaan. Jij vindt het prettig hier, hé, Huck? Wij zullen blijven, niet waar?"

   Huck digué: -S-i...- sense posar-hi cap delit.

   Huck antwoordde: "Ja--a," maar het ging niet van harte.

   -No us tornaré a dir cap paraula tant de temps com viuré- digué Joe alçant-se. -Ja està dit! I s'allunyà tot botós, i començà de vestir-se.

   "Ik spreek van mijn leven niet meer tegen jelui," zeide Joe en stond op. "Daar nu!" En hij draaide de beide jongens den rug toe en ging zich verder aankleeden.

   -Ningú se'n encaparra- digué Tom. -No en passem fretura, de vós. Aneu cap a casa, i sigueu-ne la riota de la gent. Oh! Sóu un bell pirata! Huck i jo no en som pas, de criaturetes ploraneres. Aquí ens estarem: veritat, Huck? Que se'n vagi, si vol. Em penso que sense ell podem anar tirant, ça com lla.

   "Wie geeft wat om jou?" zeide Tom. "Niemand heeft je noodig. Ga maar naar huis on uitgelachen te worden. Jij bent een mooie zeeroover. Huck en ik zijn geen schreeuwpoppetjes. Wij blijven, niet waar, Huck? Wij laten hem stilletjes trekken. Wij zullen het wel zonder hem stellen."

   Però Tom estava inquiet, tanmateix, i alarmat de veure còm Joe continuava abillant-se, malcarat, i a més era intranquil·litzador de veure com Huck ullava els preparatius de Joe, tan pensívol i servant un silenci tan ominós. Al cap de poc, sense un mot de comiat, Joe començà de passar el gual cap a la ribera de l'Illinois. El coratge de Tom començà d'esfondrar-se. Pegà llambregada a Huck. Huck no pogué comportar aquell esguard, i acalà sos ulls. Després, digué:

   Maar Tom voelde zich allesbehalve prettig en was in ernst ongerust, toen hij Joe mismoedig zag voortgaan om zich te kleeden. Buitendien was het onrustbarend te bemerken, dat Huck met belangstelling Joes toebereidselen gadesloeg en een onheilspellend stilzwijgen in acht nam. Daar stapte Joe, zonder een woord tot afscheid, den kant op der zandbank. Het hart zonk Tom in de schoenen. Hij keek naar Huck, en Huck, die hem niet durfde aanzien, sloeg de oogen neder en zeide:

   -Jo també vull anar-me'n, Tom: això s'ha anat posant molt solitari, i ara serà pitjor. Anem-nos-en, també, nosaltres, Tom.

   "Ik verlang ook zoo, Tom; ik heb mij hier nog meer verlaten gevoeld dat overal elders en nu zal het nog erger worden. Kom, Tom, laten wij ook gaan."

   -Jo no me n'aniré: aneu-vos-en tots, si voleu. Tinc el propòsit de romandre.

   "Dank je wel; jelui kunt allebei gaan, als je verkiest. Ik denk te blijven."

   -Tom, jo voldria anar-me'n.

   "Tom, ik wou liever gaan."

   -Bé, aneu-vos-en: qui us en priva?

   "Nu, ga dan! Wie belet je?"

   Huck començà d'arreplegar ses peces de roba, i digué:

   -Tom, desitjaria que vós vinguéssiu, també. Ja veieu que ara la cosa és acabada. Us esperarem quan serem a la ribera.

   "Tom, ik wou, dat jij ook meegingt. Toe, denk er eens over. Wij zullen bij de zandbank op je wachten."

   -Bé, us haureu d'esperar una mala fi de temps: veu's-ho aquí.

   "Dan zul je verduiveld lang moeten wachten; dat is alles wat ik je te zeggen heb."

   Huck s'allunyà dolorosament, i Tom restà mirant-lo, mentre li estirava el cor un desig fortíssim d'abandonar el seu orgull i anar-se'n, així mateix. Esperava que els minyons s'aturarien, però ells seguien passant lentament el gual. Tom descobrí sobtadament que tot allò romania qui-sap-lo solitari i aturat. Tingué una darrera lluita amb el seu orgull, i després es precipità a l'encalç de sos camarades, escridassant-se:

   Huck ging verdrietig heen en Tom stond hem na te oogen, brandende van verlangen om hem te volgen en toch te trotsch om dat te doen. Hij hoopte dat de jongens zouden omkeeren, doch zij waren al uit het gezicht. Op eens voelde hij, dat het ontzettend eenzaam en stil om hem heen was geworden. Nog eenmaal worstelde hij met zijn hooghartig gemoed, ijlde zijne makkers achterna en gilde:

   -Espereu-vos, espereu-vos! He de dir-vos una cosa.

   "Wacht! wacht! Ik moet je wat vertellen!"

   Ells s'aturaren tot seguit, i giraren cua. Quan ell va haver arribat on eren ells, escoltaren esquívolament, fins que veieren a la fi l'indret on els menava, i aleshores esclataren en un esgarip de guerra, a tall d'aplaudiment, i digueren que era esplèndid, i digueren que si els ho hagués fet saber a la primeria no se n'haurien anat. Ell va donar una excusa plausible; però son motiu real havia estat la temença que ni el secret i tot els mantindria a son costat per gaire temps: així és que havia volgut tenir-lo de reserva com a darrera seducció.

   Dadelijk hielden zij stil en keerden zich om. Toen hij hen had ingehaald, deelde hij hun een plannetje mede. Eerst hoorden zij hem gemelijk aan, maar toen zij eindelijk het punt ontdekten waar hij hen hebben wilde, werd zijn plan met een luid "hoera" begroet, een prachtig denkbeeld genoemd en werd er verklaard, dat, als hij het dadelijk had medegedeeld, zij niet aan naar huis gaan gedacht zouden hebben. Tom maakte over zijne terughoudendheid eenige schoonschijnende verontschuldigingen; de ware reden daarvan echter was de vrees, dat zelfs dit geheim niet langer in staat mocht zijn hen nog te doen blijven, en hij had het daarom als het laatste noodschot bewaard.

   Els minyons feren llur alegre retorn, i anaren de bell nou a llurs esports amb decisió, parlotejant, tota l'estona, de l'estupenda combinació de Tom, i admirant-ne el geni. Després de dinar amb un ou exquisit i peix, Tom digué que volia apendre de fumar, ara. Joe s'adherí a la idea, i digué que també li plauria de provar-ho. Així és que Huck féu pipes i les omplí. Aquests novicis mai no havien fumat abans sinó cigars de pàmpol, que mossegaven la llengua, i no tenien reputació de virils, tanmateix.

   De knapen keerden vroolijk terug en gingen met opgewekt gemoed weder aan het spelen, niet uitgepraat over het heerlijke denkbeeld van Tom en vol bewondering over zijn vernuft. Na een smakelijk maal van eieren en visch verklaarde Tom, dat hij lust had on te rooken. Joe vond dit een voortreffelijke inval en zeide, dat hij het ook eens wilde probeeren. Huck maakte pijpjes en stopte die. Onze nieuwelingen hadden nooit iets anders gerookt dan stroo-sigaren, doch dat waren "flauwe dingen," te kinderachtig on meegeteld te worden.

   S'estiraren damunt llurs colzes, i començaren de treure bufades cautelosament i amb magra confiança. El fum era d'un gust desagradable, i els produí una mica de nàusea; però Tom digué:

   Nu strekten zij zich op het mos uit, leunden welbehaaglijk op hunne ellebogen en begonnen dapper te blazen. De tabak was lang niet lekker en maakte hen een beetje draaierig; doch Tom zeide:

   -Noi! Quína cosa tan planera! Si hagués sabut que no era més que això, n'hauria après fa qui-sap-lo temps.

   "Nu, dat is gemakkelijk. Had ik geweten, dat er zoo weinig aan was, dan had ik het al lang geleerd."

   -Jo també- digué Joe. -És una cosa de no-res.

   "Ik ook," zeide Joe; "het beduidt niets."

   -Ves, moltes vegades mirava gent que fumava, tot pensant: «Ja em plauria, de fer-ho, això». Però no em pensava que pogués- digué Tom.

   "Hoe menig keer," zeide Tom, "heb ik rookers aangekeken en gedacht: 'Hè, ik wenschte dat ik het kon,' en dan hield ik het er voor, dat ik het nooit zou kunnen leeren. Heb ik dat niet gezegd, Huck? Heb jij het mij niet hooren zeggen, Huck? Laat Huck zeggen, of het niet waar is."

   -Això és el que em passava: veritat, Huck? M'ho havíeu sentit dir: veritat, Huck? Huck n'és testimoni, de si ho deia o no.

   -Sí, d'allò més vegades- digué Huck.

   "Ja, wel twintigmaal," zeide Huck.

   -Ja ho crec, si ho he dit!- digué Tom. -Oh! A centes de vegades. Una vegada va ser allà baix, vora l'escorxador. No us en recordeu, Huck? Bob Tanner hi era, i Johnny Miller i Jeff Thatcher, quan ho vaig dir. No ho recordeu, Huck, còm ho deia?

   "Neen," zeide Tom, "wel honderdmaal. Eens nog, toen wij bij het slachthuis stonden. Herinner jij je dat niet, Huck? Bob Tanner was er ook bij en Johan Hatcher en Jeff Hatcher. Weet je niet meer, Huck, dat ik het zeide?"

   -Oi- digué Huck. -Va ser l'endemà del dia que vaig perdre una bala blanca... No, va ser la vigília!

   "Ja, zeker," antwoordde Huck. "'t Was op denzelfden dag, waarop ik mijn albasten knikker verloor;--neen, 't was den dag te voren."

   -Veieu? Ja us ho deia- digué Tom. -Huck se'n recorda.

   "Heb ik het je niet gezegd?" zeide Tom. "Huck herinnert het zich nog."

   -Em penso que podria passar-me tot el dia fumant aquesta pipa- digué Joe. -No em sento marejat.

   "Ik geloof, dat ik den geheelen dag wel pijpen zou kunnen rooken. Ik ben niets misselijk."

   -Jo tampoc- digué Tom, -Podria fumar-la tot el dia, però em jugo qualsevol cosa que Jeff Thatcher no podria pas.

   "Ik ook niet," zeide Tom. "Ik zou wel van den morgen tot den avond kunnen rooken, maar ik wed, dat Jeff Hatcher het niet zou kunnen."

   -Jeff Thatcher! Ell, només que amb dues pipades, faria l'ànec. Que ho provi una vegada, ell: ja ho veurà!

   "Jeff Hatcher! Wel, hij zou bij den tweeden trek al katterig worden. Laat hij het maar eens wagen, dan zul je wat zien!"

   -Jo també m'hi jugaria qualsevol cosa. I Johnny Miller? Desitjaria veure Miller aferrant-s'hi.

   "Ik geloof het ook.--En Johnny Miller... Ik zou Johnny Miller wel eens met een pijp willen zien!"

   -Oh! i jo!- Digué Joe. -Bé, faig la juguesca que Johnny Miller no podria ni tastar-ho. Només que fes una flairadeta, a ell l'en deixaria convençut.

   "En ik!" zeide Joe. "Ik ben zeker, dat Johnny Miller geen trekje kan doen. Als hij maar één pijpje rookt, zou hij al ziek worden."

   -En bona refè, Joe. Escolteu: em plauria que ens poguessin veure, els minyons, ara.

   "Dat zou hij zeker, Joe.--Zeg, ik wou dat de jongens ons nu eens konden zien."

   -A mi també!

   "Ik ook."

   -Escolteu, nois: no en digueu res, d'això, i una vegada o altra, quan ells siguin a la vora, m'acostaré a vós i us diré: «-Joe: teniu una pipa? Tinc fumera!» I vós direu, com una cosa deixada anar, com si no valgués la pena, vós direu: «-Sí; porto la pipa vella, i una altra; però el meu tabac no és gaire bo». I jo diré: «-Oh! es igual, si és prou fort». I aleshores us traureu les pipes, i les encendrem amb aquella tranquilitat, i ja veureu, quína cara hi faran!

   "Zeg, jongens," zeide Tom, "we moeten er niet van vertellen, en als we dan weder eens bij elkaar zijn, dan zal ik op je afkomen en zeggen: 'Joe, kom geef mij een pijp; ik wou eens rooken,' en dan moet jij zeggen, zoo onverschillig mogelijk, alsof het niets was: 'Goed, ik heb mijn oude pijp en ook nog een andere, maar mijn tabak deugt niet.' En dan zal ik weer zeggen: 'O, dat doet er niet toe, als ze maar zwaar is.' En dan moet jij met de pijpen voor den dag komen en wij zullen ze kalmpjes opsteken--en dan zul je ze eens zien kijken."

   -Malvinatge! Que llampant serà, Tom! M'agradaria que fos ara!

   "Waaratje, dat zal grappig zijn, Tom; ik wou, dat het nu al zoo ver was!"

   -I a mí també! I quan els diguem que ho aprenguérem en ésser lluny, fent de pirates, oi que els recarà de no haver corregut món, també?

   "Ik ook. En wanneer wij hun vertellen, dat we het geleerd hebben toen we zeeroovers waren, zouden zij dan niet willen dat zij er bij geweest waren?"

   -Ja ho crec! M'hi jugaria qualsevol cosa!

   "Neen, dat geloof ik niet; maar wij zullen er om wedden."

   Així continuà la conversa. Però al cap de poca estona començà de vacil·lar una mica i esdevingué tota inconnexa. Les pauses s'eixamplaren; l'expectoració augmentà meravellosament. Cada porus de la galta dels minyons esdevingué una fontana brolladora: amb prou feines podien ésser prou amatents a oprimir la llengua contra el fons de la boca per impedir la inundació; petits xarbotaments se'ls produïen a la gorja, a desgrat de tot el que fessin, i ois repentins hi seguien cada vegada. La pipa de Joe caigué de sos dits sense nervi. Després caigué la de Tom. Les fontanes de tots dos anaven furiosament, i les dues bombes bombaven amb totes les forces. Joe digué feblement:

   Dus ongeveer liep het gesprek der knapen. Langzamerhand echter begon het een weinig te verflauwen en wilde het niet meer vlotten. De gapingen tusschen het eene onderwerp en het andere werden grooter en het spuwen verbazingwekkend. Elke porie in de wangen der knapen werd een spuitende fontein en zij konden de kelders onder hun tong niet schielijk genoeg uitscheppen on eene overstrooming te voorkomen. Er kwamen tegen wil en dank kleine opwellingen in hun keel, die gevolgd werden door aanvallen van misselijkheid. De beide knapen zagen er bleek en akelig uit. Eindelijk viel Joes pijp hem uit de krachtelooze vingers. Daarop volgde die van Tom. De beide fonteinen sprongen met onstuimige woede en de beide pompen werden met kracht en geweld uitgeschept. Joe zeide flauwtjes:

   -He perdut el meu ganivet. Em sembla que val més que vagi a cercar-lo.

   "Ik heb mijn mes verloren, ik ga het eventjes opzoeken."

   Tom digué, amb llavis tremolencs i pausada pronunciació:

   Tom zeide met bevende lippen en ingehouden adem:

   -Jo us ajudaré. Vós aneu per aquella banda, i jo cercaré pel volt de la font. No, no cal que vingueu, Huck: ja el trobarem.

   "Ik zal je helpen. Ga jij dezen kant, dan loop ik langs de bron.--Neen, je behoeft niet mede te gaan, Huck;--wij zullen het wel vinden."

   Així, doncs, Huck s'assegué de bell nou, i va esperar-se una hora. Després començà de sentir-se tot soliu, i anà a cercar sos companyons. Estaven molt distants, en els boscos, tots dos molt esblaimats, tots dos profundament adormits. Però quelcom va informar-lo que, si havien tingut cap tribull, se n'havien alliberat.

   Huck ging weer zitten en wachtte een uur. Toen begon hij zich te vervelen en ging zijne kameraden zoeken. Zij lagen ver van elkander, diep in het woud, beiden zeer bleek en vast in slaap. Maar uit een waarneming, welke hij deed, bleek hem dat zij, van hetgeen hen hinderde, verlost waren.

   No enraonaren gaire en el sopar, aquella nit; llur posat era humil; i quan Huck preparà la seva pipa després de l'àpat, i anava a preparar les d'ells, li digueren que no es trobaven gaire bé: alguna cosa del dinar se'ls havia indisposat.

   Zij hadden dien avond aan het souper niet veel te vertellen en zagen verlegen voor zich. Toen Huck na het avondeten zijn pijp voor den dag haalde en er ook een voor hen wilde klaarmaken, bedankten zij en verklaarden dat zij zich niet wel voelden, omdat iets, dat zij 's middags gegeten hadden, hun nog in de maag zat.

   Cap a mitja nit Joe es despertà i cridà els minyons. Hi havia una opressió, difosa per l'aire, que semblava presagiar quelcom. Els minyons van arraïmar-se, i van cercar l'amistosa companyia del foc, baldament la calor tèrbola i encalmada de l'ambient irrespirable fós sufocant. S'assegueren en silenci, atents i en espectació. Continuava la quietud solemnial. Més enllà de la llum del foc, tot ho dragava la negror de la fosca. Tot seguit aparegué una lluïssor tremolenca que, vagament, mostrà per un instant el fullatge, i després s'esvaí. Al cap de poc en vingué una altra de més poderosa. Després una altra. Després comparegué sospirant, a través de les brancades de la boscúria, un plany desmaiat, i els minyons sentien un alè vagarívol damunt llurs galtes, i s'esgarrifaren en acudir-se'ls que l'Esperit de la Nit els havia passat arran. Hi hagué una pausa. Aleshores un llampec sinistre convertí la nit en dia, i els mostrà cada fulla d'herbeta, ben especificada i precisa, que creixia al voltant de llurs peus. I mostrà així mateix tres cares blanques, astorades. El sord terrabastall d'una tronada anà udolant i desplomant-se pel cel, i es perdé en botosos braolaments, enllà d'enllà. Una rauxada d'aire fred atravessà aquelles bandes, fent remorejar totes les fulles i anar en doina una nevada de borrallons de cendra pel voltant del foc. Una altra resplendor, tota espaordidora, il·luminà el bosc, i el seguí un espetec immediat que semblà que esberlés el cim dels arbres damunt mateix de les testes dels minyons. S'estrenyeren l'un contra l'altre, d'esglai, dins l'espesa fosca que en acabat es féu. Caigueren unes quantes gotasses, tustant les fulles.

   Tegen middernacht werd Joe wakker en riep de jongens. Er was eene drukkende benauwheid in de lucht, die weersverandering scheen te voorspellen. De knapen schoten haastig hunne kleeren aan en schaarden zich voor de gezelligheid om een vriendelijk vuurtje, niettegenstaande men in den snikheeten, door geen enkel koeltje bewogen dampkring dreigde te stikken. Zij bleven stil, in gespannen verwachting, om het vuur zitten. Een pikzwarte duisternis, slechts afgewisseld door het schijnsel van het vuur lag over het landschap uitgespreid. Daar verlichtte eensklaps, voor een oogenblik, een flikkerende lichtstraal het donker geboomte. Een tweede volgde, iets heller daarna een derde. Toen werd er een zacht gesuis door het woud gehoord en een nauw merkbaar tochtje verkoelde de wangen der sidderende knapen, die zich verbeeldden, dat de Geest van den Nacht hun was voorbijgegaan. Daarop werd het weder bladstil. Maar op eens veranderde een onheilspellende bliksemstraal den nacht in zóó helderen dag, dat elk grasscheutje op den bodem, het kleinste zelfs, duidelijk zichtbaar werd--en tevens drie bleeke, verschrikte gezichten te zien kwamen. Een zware donderslag rolde door de lucht en verloor zich in de verte in een dof gerommel. Een kille windvlaag streek hun langs het hoofd, schudde al de bladeren en joeg de asch on het vuur in groote vlokken naar omhoog. Opnieuw zette een geweldige bliksemstraal het woud als in vuur en onmiddellijk daarna knalde een donderslag, die de boomtoppen boven het hoofd der kinderen scheen te splijten. Doodelijk ontsteld klemden zij zich in de dikke duisternis, die thans alles weder omhulde, aan elkaar vast. Enkele dikke regendroppels kletterden op de bladeren.

   -De pressa, minyons! Anem cap a la tenda!- va exclamar Tom.

   "Gauw, jongens, naar de tent!" riep Tom uit.

   S'engegaven a córrer, topant damunt arrels i plantes arrapadisses, en la tenebror, capbussant-se cadascú pel seu cantó. Una ventada furiosa braolà entre els arbres, fent xiular totes les coses al seu pas. Els llampecs enlluernadors venien l'un darrera l'altre, i igual feien els terrabastalls de la tronada eixordadora. I aleshores començaren de dar l'aigua per amor de Déu, i l'huracà, deixondit, la feia caure en grans cortines damunt la terra. Els minyons es cridaven l'un a l'altre, però el vent braolador i els llamps que retrunyien els ofegaven del tot les veus. Tanmateix, un per un s'anaren deixant caure a l'indret i s'arreceraren sota la tenda, freds, amb el cos assenyalat i rajant d'aigua; però el tenir companyia en la dissort semblava cosa d'agrair. No haurien pogut enraonar, de tan furiosament que es remenava la vela, baldament els altres sorolls els ho haguessin permès. La tempesta s'enfurí més i més, i al cap de poc la vela es desfermà de sos lligams i se n'anà volant dins la rauxada. Els minyons s'agafaren de les mans i fugiren, amb moltes anades de corcoll i pelades, cap al recer d'una gran alzina que hi havia a la vora del riu. La batalla era aleshores en tot son esclat. Sota la incessant conflagració de llampecs que flamejaven pel cel, totes les coses que li eren a sota es destacaven amb exactitud precisa i neta d'ombres: els arbres cots, el riu inflat i amb un esblanqueïment d'escumes; els ruixims de l'aigua esquitxadora; les opaques siluetes dels espadats altívols de l'altra vora, llambregats en mig de les vapors que flotaven a la deriva i el vel travesser de la pluja. Sovint sovint, algun arbre gegantí abandonava la lluita i queia amb un espetec entre la jove tanyada; i els terrabastalls incessants de la tronada es convertien ara en esclats que fendien l'orella, punyents, aguts, explosius i esglaiadors que empalmaven inexpressablement. La tempesta culminava en una braó incomparable, que semblava que havia de fer-ne miques, de l'illa, i abrandar-la tota, i ofegar-la fins al cim dels arbres, i endur-se-la en la ventada i ensordir tota cosa viva que hi tingués estatge, tot plegat i a l'ensems. Era una nit feréstega per romandre-hi una minyonia, lluny de l'aixopluc de la llar.

   Zij spoedden zich weg en stommelden over wortels en door wijngaardranken voort. Een weldoende rukwind loeide door het bosch. Bliksemstraal volgde op bliksemstraal en ratelslag op ratelslag. En nu stroomde de regen naar beneden en de razende orkaan dreef dien in breede golven over den grond. De knapen schreeuwden luid tegen elkaar doch de bulderende storm en de rommelende donder overstemden hun geroep. Eindelijk bereikten zij de tent, waaronder zij koud, verschrikt en druipende van het water eene schuilplaats zochten, dankbaar dat zij in hunne ellende lotgenooten hadden in elkander. Zich aan elkaar verstaanbaar maken konden zij, al hadden andere geluiden zulks niet verhinderd, niet, door het woedend klepperen van het oude zeil. De storm verhief zich meer en meer, en weldra rukte het zeil zich van zijne banden los en ijlde voort op de vleugelen van den wind. De knapen grepen elkaar bij de hand en vluchtten onder het schutsdak van den grooten eik, aan den kant der rivier. Nu had de strijd zijn toppunt van heftigheid bereikt en bij den onafgebroken gloed van het in de lucht vlammend bliksemvuur teekende zich alles daarbeneden akelig scherp af. De zwiepende boomen, de kokende rivier met hare witte golven, de schuimvlokken die haar als met een sprei overdekten, de donkere omtrekken van den hoogen oever aan den overkant en daarboven de jagende wolken en de schuin neervallende regen. Telkens gaf een reusachtige boom den strijd op en viel krakend over het jongere gewas; en de onvermoeide donderslagen barstten onafgebroken, met een oorverdoovend, alles doordringend, onuitsprekelijk schrikwekkend geraas, in knallen los. De storm spande met eene uiterste poging al zijne krachten in om het eiland stuk te slaan, in vlam te zetten, onder water te dompelen, tot aan de kruinen der boomen toe, en alle schepselen die er op huisden te vernietigen. Het was een vreeselijke nacht om onder den blooten hemel door te brengen.

   Però a la fi la batalla s'exhaurí, i les forces es retiraren amb menors i menors amenaces i rondinaments i la pau recobrà la seva autoritat. Els minyons tornaren al campament, força esporuguits; però hi trobaren encara quelcom de plaent, perquè el gran sicomor, l'abric de sos jaços, era convertit a ruïna, enderrocat pel llamp, i ells no hi havien estat davall quan la catàstrofe s'esdevingué.

   Maar eindelijk was de strijd volstreden; de legermachten trokken onder steeds zwakker dreigen en rommelen af en de vrede nam de teugels van het bewind weder in handen. De knapen gingen vol angst naar hun kamp terug en bemerkten, dat zij nog reden tot dankbaarheid hadden, want de groote vijgeboom, onder welken zij des nachts hadden gerust, was door den bliksem vernield en aan splinters geslagen.

   Tot el campament regalava i allò que havia estat foc també; perquè no eren sinó minyons atarantats, com esqueia a llurs anys, i no havien pres mesures contra la pluja. Veu's aquí matèria de descoratjament, perquè la pluja els havia atravessat i tenien el fred als ossos. Foren eloqüents en llur desastre; però al cap de poc descobriren que el foc havia rosegat tan amunt de la soca contra la qual havia estat bastit (allà on ella s'encorbava cap en l'aire i es separava de terra), que un pam, si fa no fa, s'havia escapat de la mullena: així, doncs, maldaren pacientment fins que amb vilordes i escorces que arreplegaren de sota els flancs de les soques aixoplugades engaliparen el foc a cremar de bell nou. Després amuntegaren grans branques mortes fins que tingueren un forn braolador, i els retornà la joia al cor. Assecaren el pernil cuit, i celebraren un festí, i després d'això s'assegueren vora el foc, i dilataren i glorificaren llur aventura de la mitja nit fins al matí, perquè no hi havia un indret eixut on jeure a fer el son, en tots aquells voltants.

   Het geheele kamp was doorweekt en het kampvuur daarbij, want onze onbedachtzame knaapjes hadden geene voorzorgen tegen den regen genomen. Stof genoeg om moedeloos te zijn: immers zij waren nat tot op het hemd en beefden van koude. Al pratende over hun ongeval ontdekten zij, dat het vuur onder het groote blok hout, waartegen het aangelegd was, zoo ver had voortgewoekerd, dat daar waar het blok zich opwaarts kromde en boven den grond verhief, slechts een handje vol hout was blijven smeulen. Toen gingen zij ijverig aan het werk, on met boomschors en afval van droog hout, dat zij hier en daar opzamelden, de uitgedoofde vlam aan te wakkeren, en nadat hun dit gelukt was legden zij er doode takken bovenop en hadden tot hunne groote vreugde weldra weder een knappend vuurtje. Zij droogden hun gekookte ham, deden zich daaraan te goed, gingen daarna bij het vuur zitten en wijdden tot aan den morgenstond uit over hun nachtelijk avontuur.

   A mesura que la llum del sol començà a lliscar damunt els minyons, l'ensopiment va anar-se'n ensenyorint, i eixiren cap a l'alfac i s'ajagueren adormir. Ben aviat se'ls escaldà la pell, i es posaren, tristament, a preparar el desdejuni. Després de l'àpat es sentiren les frontisses rovellades, i un poc d'enyorança altra vegada. Tom en veié els senyals, i va empendre's d'alegrar els pirates tan bé com pogué. Però tant se'ls en donava de les bales, del circ, del nedar, de tot. Els féu memòria de l'imposant secret, i desvetllà un raig de gaubança. Mentre durava, pogué interessar-los amb un nou enginy: consistia en deixar de banda per una estona l'ofici de pirata, i ésser indis, per a variar una mica. Els atragué la idea: així és que no passà gaire estona que no esdevinguessin ratllats, i ratllats de cap a peus amb fang negre, com altres tantes zebres (tots tres eren caps de tribu, naturalment), i se n'anaren, fent aldarull, boscs a través, a atacar una colònia anglesa.

   Toen de zon de knapen met hare stralen begon te beschijnen, werden zij slaperig en trokken naar de zandbank, waarop zij zich ter ruste legden. Zij ontwaakten bijna geroosterd door de heete dagvorstin en zetten zich met droge kleeren aan hun ontbijt. Doch daarna gevoelden zij zich onaangenaam stijf en begon het heimwee terug te komen. Tom bemerkte die kwade teekens en beurde de zeeroovers op, zooveel als hij kon. Alles echter liet hen onverschillig, knikkers zoowel als het paardenspel en het zwemmen. Hij bracht hun het afgesproken geheim te binnen en wist hierdoor een straaltje van opgewektheid in hun gemoed te doen doorschemeren. Zoolang dat aanhield, boezemde hij hun belangstelling in voor een nieuw spel. Dit was: het zeerooverschap er een poos aan te geven en voor de verandering Indianen te worden. Dit denkbeeld trok hen aan. Het duurde dan ook niet lang, of zij hadden zich geheel ontkleed en van het hoofd tot de voeten met modderstrepen besmeerd. Als Zebra's gingen zij woest schreeuwend, door het woud, om eene Engelsche kolonie aan te vallen.

   No trigaren a separar-se en tribus hostils, i es precipitaren cadascú d'ells sobre cadascú dels altres, en les emboscades, amb paorosos esgarips de guerra; i cadascú matà i arrencà la cabellera de l'altre per milers. Fou una diada sagnant. Per consegüent, fou una diada sobiranament satisfactòria.

   Van lieverlede scheidden zij zich in drie vijandelijke stammen en beschoten elkaar uit hinderlagen, onder vreeselijke strijdkreten en moordden en scalpeerden elkander bij duizenden. Het was een bloedige dag en daarom zeer aangenaam.

   S'aplegaren al campament pels volts de l'hora de sopar, famolencs i feliços, Però ara brollà una nova dificultat: els indis enemics no podien partir-se el pa de l'hospitalitat sense que de primer fessin les paus, la qual cosa era senzillament impossible si no fumaven una pipa de pau. Que ells sabessin, no hi havia més manera. Dos dels salvatges gairebé desitjaven haver romàs pirates. Tanmateix, però, no s'acudia altra remei: així és que, amb totes les mostres d'alegria que pogueren aplegar, demanaren la pipa i llançaren la seva bafarada, en passar ella, segons l'estil exigit.

   Tegen den avond verzamelden zij zich hongerig en tevreden in hun kamp. Thans evenwel deed zich eene moeilijkheid voor:--vijandige Indianen konden te zamen het brood der gastvrijheid niet breken, eer zij vrede gesloten hadden, en dit was bepaald onmogelijk zonder het rooken van de vredepijp. Van eene andere wijze om een twist te beslechten hadden zij nooit gehoord. Twee der wilden wenschten bijna, dat zij zeeroovers gebleven waren. Toch was er geen andere weg. Met gehuichelde vroolijkheid vroegen zij om eene pijp en dampten zooals het behoort.

   I ara vegeu: n'estigueren contents, d'haver anat a raure al salvatgisme, perquè hi havien guanyat quelcom: descobriren que ara podien fumar una mica sense haver d'anar a cercar un ganivet que haguessin perdut; no es marejaren prou per a anguniar-se'n seriosament. No eren gent per a fer quedar malament aquesta alta promesa per manca d'esforç. No: s'exercitaren cautament, en haver sopat, amb un èxit palès, i passaren així una vetlla tota joiosa. Llur nova adquisició els feia més ufanosos i més feliços que no els n'hauria fet l'arrabassament de cabelleres i pells de les Sis Nacions. Els deixarem tot fumant i parlotejant i estarrufant-se, ja que ara no ens poden ésser de cap més servei.

   En ziet, zij waren blijde dat zij wilden geworden waren, want zij hadden er iets bij gewonnen. Zij bemerkten namelijk, dat zij een weinig konden rooken, zonder naar een verloren mes te behoeven te gaan zoeken. Natuurlijk werd er van deze heerlijke ontdekking partij getrokken en werd er na het eten voorzichtig nog een pijpje aangestoken. Hun pogen werd met een goeden uitslag bekroond en zoo brachten zij een verrukkelijken avond door. Zij waren trotsch er op en gelukkiger met het verworven talent, dan zij geweest zouden zijn, indien zij de zes natiën gescalpeerd en afgestroopt hadden. En hier zullen wij hen aan hun pijp en hun gezwets overlaten, daar wij voor het tegenwoordige niets met hen te maken hebben.